GroenLinkswethouder Cor Drost zou het liefst nog jaren doorgaan. Toch is het helemaal zijn eigen keuze om in 2010 uit de gemeentepolitiek te stappen. Zijn opvolgers drukt hij op het hart hoge ambities te blijven koesteren voor Hoogezand-Sappemeer, ook als het financieel tegenzit. “Er is nog zoveel dat beter kan. Deze gemeente kan het zich niet veroorloven zaken op hun beloop te laten.”
Foto: Ida F Mulder
Met het oog op zijn naderend afscheid blikt Cor Drost terug op de afgelopen jaren, maar zoals altijd kijkt hij vooral vooruit.
Gemeente moet lat hoog leggen
Cor Drost is sinds 1982 actief in de gemeentepolitiek van Hoogezand-Sappemeer. Acht jaar lang was hij raadslid voor de CPN. In 1990, toen de CPN net was overgegaan in GroenLinks, werd hij wethouder. “In die tijd, onder burgemeester Jaap van der Linde, groeide het gevoel ‘er moet wat gebeuren in Hoogezand-Sappemeer’”, herinnert Drost zich. “Daarvóór was het motto lange tijd ‘sober en doelmatig’. Maar begin jaren negentig kwam de omslag. Het werd duidelijk dat onze gemeente zich moet ontwikkelen. Ik ben ervan overtuigd dat we dit niet los mogen laten, ook niet als de komende jaren bezuinigd moet worden."
Gemeente moet dynamische inwoners trekken
Als vierde industriële gemeente van Noord-Nederland kan Hoogezand-Sappemeer het zich eenvoudig niet permitteren haar ambities te laten varen, vindt Drost. "Een gemeente die stilstaat is niet aantrekkelijk voor dynamische inwoners, die wat van hun leven willen maken en dingen in beweging kunnen zetten. Die mensen heb je wel nodig. Stilstand betekent onvermijdelijk achteruitgang. Dat moet Hoogezand-Sappemeer niet willen.” Na een korte pauze voegt hij nog toe: “Het is toch te gek voor woorden dat we jarenlang een lege grasvlakte midden in ons centrum hebben liggen!”
Inwoners mogen gemeente aanspreken
Gemeenten hebben de afgelopen decennia steeds meer taken op hun bord gekregen. Drost is blij met de grotere gemeentelijke zeggenschap op terreinen als zorg, welzijn, jeugdbeleid, wonen, werk en inkomen. “Mensen hebben recht op een fatsoenlijke leefomgeving en fatsoenlijke leefomstandigheden. De gemeentelijke overheid is daarop als eerste aan te spreken. Wat mij betreft kan de gemeente de lat niet hoog genoeg leggen als het gaat om veiligheid en voorzieningen. Dan moet de gemeente dus wel de mogelijkheden hebben om eigen beleid te voeren en maatregelen te nemen die aansluiten op de wensen van inwoners en de plaatselijke situatie.”
Sociale problemen bij de kop pakken
Hoogezand-Sappemeer heeft behoefte aan goede sociale politiek, vindt Drost. Door de samenstelling van de bevolking zijn er veel sociale problemen, die eigenlijk bij een grote stad horen. “Gelukkig hebben we de afgelopen jaren heel wat stappen kunnen zetten. Natuurlijk doe je dat als wethouder nooit alleen. Waar ik trots op ben is dat we goede zorgstructuren hebben opgebouwd, zodat mensen die in de problemen zitten de best mogelijk hulp krijgen. Onderwijs is ontzettend belangrijk voor de toekomst van jongeren. Daarom hebben we daar veel in geïnvesteerd en doen we er alles aan dat ook ‘moeilijke’ jongeren hun schooldiploma halen.”
Gemeentebestuur moet bruggen bouwen
In zijn bijna dertigjarige politieke loopbaan zag Drost het aanzien van het gemeentebestuur dalen, terwijl het werk in dezelfde periode veel ingewikkelder is geworden. Drost: “Toen ik in de raad kwam, vond ik dat een hele eer. Als gemeenteraadslid was je in die tijd iemand. Een wethouder die iets wilde bereiken moest ervoor zorgen de mensen in z’n eigen partij mee te krijgen, dan kwam het wel goed. Tegenwoordig moet je breed draagvlak weten te verwerven en bruggen kunnen bouwen.”
Wethouder moet veel kunnen...
De persoon van de wethouder wordt steeds belangrijker, meent Drost. Een wethouder is een publieke figuur, die met uiteenlopende verwachtingen te maken heeft. Hij moet weten wat hij wil en voor de troepen uit durven lopen, maar hij moet ook binnen de kaders van de gemeenteraad blijven. Hij moet kunnen samenwerken met mensen van allerlei slag en de juiste toon weten te treffen tegenover heel verschillende gesprekspartners als hangjongeren, ambtenaren van het ministerie, welzijnswerkers en plaatselijke ondernemers. Hij moet laten zien wat híj allemaal heeft bereikt, maar in de wetenschap dat hij in z’n eentje helemaal niks kan.
... en sterk in zijn schoenen staan
“Wie je bent doet er ontzettend veel toe. Je moet jezelf zijn als wethouder. Alleen sterke persoonlijkheden kunnen aan de verwachtingen voldoen zonder in een spagaat te komen.”
Dat er zoveel komt kijken bij het wethouderschap weten de meeste inwoners niet. Die kennen de wethouders vooral uit de huis-aan-huisbladen, waarin veelvuldig over openingen, prijsuitreikingen en dergelijke wordt bericht. Drost daarover: “Ik heb de afgelopen twintig jaar heel wat ceremoniële handelingen gedaan en inderdaad vaak in de krant gestaan. Ik kan me voorstellen dat mensen gaan denken ‘daar heb je hem weer, wat een luxebaan heeft die man’. Maar ik hoop dat mensen ook willen zien dat de basis van al het uiterlijk vertoon is dat ik enorm gemotiveerd ben om dingen te realiseren voor de mensen in Hoogezand-Sappemeer.”
Afscheid
Drost beseft dat hem een grote overgang te wachten staat. “Als wethouder leef ik volgens mijn agenda. Straks is die van de ene op de andere dag leeg. Dan moet ik zelf mijn tijd invullen.’’
Maar liefst twintig jaar heeft hij het volgehouden als wethouder. Dat komt - zegt hijzelf - omdat hij vijf perioden de kans heeft gekregen én omdat ‘wethouder’ precies de baan is die bij hem past. “Of ik het goed heb gedaan moeten anderen beoordelen. Het kan in ieder geval altijd beter. Het werk is nooit af en uiteindelijk ben ik ook maar een passant. Maar ik heb mijn functie met grote betrokkenheid uitgevoerd en ben van Hoogezand-Sappemeer gaan houden.”